Direct naar artikelinhoud
InterviewBoeken

Weduwe Tamara Hanegraaf en ‘opvolger’ Jonas Boets over de nieuwe ‘Aspe’: ‘Het zou raar zijn als dat speelse en erotische niet aanwezig is’

Tamara Hanegraaf over haar wijlen echtgenoot: ‘Pieter vond dat schrijvers recht hadden op meer.’Beeld Stefaan Temmerman

Op 1 mei 2021 overleed Pieter Aspe en leek het doek definitief gevallen over inspecteur Van In. Maar kijk, twee jaar later wekt Reünie de avonturen van de genotzuchtige Brugse politieman weer tot leven. Een dubbelgesprek met auteur Jonas Boets en weduwe Tamara Hanegraaf.

Ruim 45 thrillers en 3,5 miljoen verkochte exemplaren, het zijn cijfers om van te duizelen. Maar dat er na het postuum verschenen Van In. Episode 5 toch nog een nieuwe Aspe het daglicht zou zien, verbijsterde ook de fans. Daarvoor mocht een nieuwe auteur zich warmlopen: Jonas Boets (41), wiens vader Herman in de tv-reeks Aspe ooit de rol van wetsdokter Vanmaele vertolkte. Hij kreeg bekendheid met zijn boekenreeks rond Sam Smith en werkte bij VTM Kzoom, VRT MAX en Streamz.

Een loodzware erfenis? Boets is de ingetogenheid zelve wanneer we hem spreken in de kantoren van zijn uitgever, waar weduwe Tamara Hanegraaf, de derde echtgenote van Aspe, zich bij ons voegt. Ze hebben elkaar slechts één keer eerder ontmoet, bij de boekpresentatie. “Stress had ik niet bij het schrijven”, zegt hij, “ik heb me op de personages geconcentreerd”. Tamara is in haar nopjes met het eindresultaat: “Wat ik mooi vond, is dat Jonas niet geprobeerd heeft Pieter te imiteren. Hij heeft er zijn eigen draai aan gegeven, met behoud van alle belangrijke elementen.”

In prequel Reünie volgen we de jonge Van In, toen nog een vrolijke vrijgezel, bij het oplossen van een moordzaak op een Brugs college. Daar werd priester en geschiedenisleraar Lanoye dood aangetroffen. Samen met Versavel graaft Van In op een reünie naar het verleden van de aanwezigen. Hij begint ook Duvels te drinken en hangt nogal opzichtig de charmeur uit.

Dat de Aspe-prequel meteen op 1 prijkt in de top tien van commerciële boekhandels, is een opsteker voor Boets, die nerveus uitkeek naar de eerste lezersreacties. “Maar die waren heel fijn. De algemene teneur is blijdschap omdat de reeks voortgezet wordt en het ‘Aspewaardig’ is. Natuurlijk is het een gok. Zie maar wat er met de modernisering van Suske en Wiske is gebeurd. Wiske borstjes geven, dat viel niet echt in goede aarde, hè. (lacht) Anderzijds zie je in het buitenland ook succesvolle voorbeelden: de film Young Sherlock Holmes bijvoorbeeld, of de reeks ­Endeavour, die als prequel werd gemaakt op het succesvolle Morse.”

Wie wilde aan de Aspe-reeks eigenlijk per se een verlengstuk breien?

Jonas Boets: “Het idee om de legendarische commissaris Van In te laten herrijzen komt van Manteau-uitgever Wim Verheije. Twee jaar geleden schreef ik een misdaadroman rondom mijn jeugdpersonage Sam Smith. Die sloeg aan. Verheije zag er de geschikte mix van humor en spanning in. Daarna kwam hij bij mij aankloppen.”

Weduwe Tamara Hanegraaf: ‘Een nieuwe Aspe die verscheen, dat was altijd een schone dag. Ik kan dat niet zomaar afsluiten. Dat verdriet blijft.’Beeld Wouter Van Vooren

En je viel van je stoel?

Boets: (lacht) “Het is geen alledaagse vraag. Je zegt daar niet meteen ja op. Ik had Pieter ook nooit ontmoet, behalve bij een signeersessie. Maar na een overlegronde ging ik snel overstag. Ik zag ­talloze mogelijkheden. Of ik verlamd raakte door de erfenis? Nee, ik ben daar nogal nuchter in.”

Vielen er strikte voorwaarden te respecteren? En Tamara, jij moest als enige rechtenbeheerder natuurlijk wel de toestemming geven?

Tamara Hanegraaf: “Dat viel mee, hoor. Natuurlijk vonden wij dat de spirit van de Aspe-verhalen intact moest blijven. ‘Pitou’ (zoals ze Pieter vaak noemt, red.) zinspeelde ooit op een boek over de jonge Van In. Maar kort voor zijn dood was hij nog bezig om de Van In Episodes af te maken, wat niet meer helemaal is gelukt.”

Er is dus bij leven nooit concreet bepaald of er na zijn overlijden een vervolg mogelijk was?

Hanegraaf: “Nee, dat is niet ter sprake gekomen, daar was Pieter niet mee bezig. We hebben wel zitten nadenken om samen het voorbereidend onderzoekswerk voor een nieuwe roman te doen. Als we op vakantie waren, fantaseerden wij daarover. Zo was hij aan het strand in de Malediven in zijn hoofd toch bezig met de volgende Aspe. Dat vond ik erg leuk. Als we weer thuis waren, ­hadden we bierviltjes met nota’s, boeken met namen, kaartjes… Daar kon hij mee verder.

“Toen Wim (Verheije) mij benaderde met zijn plan, had ik er wel oren naar. Het allerbelangrijkste voor mij was dat Pieter niet vergeten zou worden. Toen we zijn 25-jarig schrijverschap gingen vieren, kon Pitou’s feest niet doorgaan wegens corona. Vervolgens is hij ziek geworden. En nadien was zijn begrafenis ook in heel beperkte kring. Allemaal erg treurig. Ik had ­altijd in mijn hoofd dat er nog iets serieus zou mogen gebeuren. De voortzetting van die reeks leek me het geschikte moment, zeker omdat de stad Brugge nu ook eindelijk op een eerbetoon broedt. Dat heeft burgemeester Dirk De fauw me bevestigd. Ik heb weliswaar ons appartement aan de Ezelspoort verkocht, maar Aspe en Brugge zijn eeuwig met elkaar verbonden. Als Tom Boonens benen op een Ronde van Vlaanderen-berg mogen staan, dan moet Pieter toch ook iets in Brugge krijgen?”

Jullie hadden er ook voor kunnen opteren om de boeken in een nieuw fris jasje te stoppen?

Boets: “Ik hoor de hondstrouwe fans vaak zeggen: ik heb ze allemaal al gelezen. (lacht) Vandaar dat ze nu echt blij zijn dat er een nieuwe Aspe is.”

Hanegraaf: “Ik vond die prequel een heel goed idee omdat je zo nieuwe jonge lezers kunt bereiken. Die kunnen zomaar inpikken en vervolgens de eerste Aspe, Het vierkant van de wraak, ontdekken. Maar ik heb me totaal niet gemoeid met wie de nieuwe ­auteur moest worden. Ik had vertrouwen in de uitgever. Dat moest gewoonweg respectvol gebeuren, punt. Ook naar de personages toe.”

Jonas Boets: 'Ik herlas tientallen Aspes om na te gaan hoe Pieter zijn personages neer­zette.'Beeld Wouter Van Vooren

Van In is alleszins herkenbaar én sympathiek neergezet. Hoe was dat voor jou, Tamara, om opnieuw een Aspe-boek in handen te krijgen?

Hanegraaf: “Een heel dubbel gevoel. Alles komt weer naar boven, met zo’n boek, hè. Een nieuwe Aspe die verscheen, dat was destijds altijd een schone dag. Dan zeiden wij: ‘Kom, we gaan het vieren en we trokken een fleske open. Ik kan dat niet zomaar afsluiten. Dat verdriet blijft maar komen, na twee jaar.”

Jonas, je opteerde voor een prequel, die zich dan uiteraard in de jaren 90 afspeelt, en niét voor een vervolg. Waarom?

Boets: “Het gaf iets meer vrijheid om je eigen stempel te drukken omdat Van In als het ware nog geconcipieerd moest worden. De jaren 90 boden extra voordelen. Alles ging trager, je had minder digitale snufjes. Geen internet, geen smartphones, dat speelde het schrijfproces in de kaart. Van In kan niet via de gps afleiden waar zijn verdachte zich bevindt. Hij moet zelf op onderzoek en ouderwets speurwerk verrichten. Dat brengt een oerinstinct bij hem naar boven. Maar Van In werkt sowieso altijd vanuit zijn hart.”

Van In en Versavel – die de commissaris af en toe afremt - zijn nog relatief jonge snaken. Hen moest je introduceren. Je bent niet zuinig geweest met het flirterige aspect bij Van In?

Boets: “Het zou raar zijn als dat speelse en ­erotische niet aanwezig is. Substituut Hannelore is hier nog niet in het vizier en Van In begeeft zich nogal op vrijersvoeten. Ik herlas tientallen Aspes om na te gaan hoe Pieter zijn personages neer­zette. Dan zie je patronen terugkeren. En hier richt Van In zich op Pascale, een lerares op het college waar de moord plaatsvindt. Niet slim, zo blijkt, want Pascale heeft een link met de zaak.”

‘Spijtig is dat hij Van In een relatie laat beginnen met een vrouw die onderdeel is van het onderzoek’, vond Het Nieuwsblad, wat de geloofwaardigheid ondermijnt. Wat denk je daarvan?

Boets: “Daar ben ik het niet mee eens. Wanneer hij de relatie aanknoopt, weet hij nog niet dat ze betrokken is. En zodra hij dat ontdekt, is hij verliefd en kan hij nog moeilijk terug. Hij twijfelt voortdurend. Dat is ook Van In, die zoekt graag het randje op, die doet dingen die eigenlijk niet zouden mogen. Daarom hebben de ­lezers hem zo graag. Maar zijn sigaretten heb ik wel afgezworen. Op elke pagina er eentje opsteken, dat vond ik anno 2023 niet meer kunnen.”

Reünie is gesitueerd in een college in Brugge. Bovendien tijdens een reünie, waardoor je meteen een hele lijst verdachten kon aankruisen.

Boets: “Een school is een dankbare microkosmos. Ik gaf zelf les, ken die andere kant van de leraarskamerdeur, waar ik als klein jongetje al door gefascineerd was. En ook dat idee van die reünie was er vrij snel. Ik kon bovendien vrij veel thema’s kwijt: pesten, de priester-leraars, de spanningen tussen leerlingen en leraren… Van In ­fulmineerde graag. Dat hield ik in gedachten.”

Eén kritische commentaar stak Boets wel. “Ik heb blijkbaar ten onrechte een Porsche Cayenne opgevoerd in Reünie, liet een lezer weten. Maar dat model bestond toen nog niet.”

Hanegraaf: “Pieter had eens een Saab Cabrio laten rondrijden met vier deuren. Maar die heeft slechts twee deuren, signaleerde een lezer.

“Ik beheerde de laatste jaren Pieters afspraken en volgde zijn sociale media op. Ik heb er zelfs mijn job voor opgezegd. Een fanpagina met 11.000 volgers en elk bericht dat duizend likes haalde, dat vergt natuurlijk wel enige aandacht.”

Hanegraaf: 'Pieter had zijn biertje echt nodig. Een eerste sigaret, zijn Omer erbij en dan acclimatiseren in zijn eigen wereld.'Beeld Wouter Van Vooren

Deze nieuwe Aspe is ook een commerciële zet. Maar 80.000 verkochte exemplaren, zoals bij elke nieuwe Aspe destijds, dat lijkt onhaalbaar in een fel gekrompen boekenmarkt?

Hanegraaf: “Je kunt niet meer vergelijken met tien, twintig jaar geleden. We zouden wel wat chauvinistischer mogen zijn. In de boekwinkel zie je stapels liggen van goedkope Angelsaksische pockets en romans. Vanuit Amerika laten ze de pallets massaal overvliegen. Waarom onze eigen auteurs niet meer op de voorgrond zetten? Zelfs Nederlanders overvleugelen onze auteurs.”

Boets: “80.000 exemplaren, dat kan niet meer, denk ik. Al hopen we wel dat het er bovenuit steekt. En de eerste indicaties zijn goed.”

Pieter Aspe zette zich af tegen het feit dat een auteur zo weinig overhield aan zijn boeken en richtte daarom de nv Aspe op, om een groter deel van de koek te krijgen. Maar dit boek verschijnt opnieuw onder de imprint Manteau?

Hanegraaf: “Hij vond dat schrijvers recht hadden op meer. Pieter kon zijn nek uitsteken, omdat hij een grote naam had. Zijn bedoeling was om bij de nv Aspe andere auteurs te betrekken. We hebben veel scripts binnengekregen, maar het was moeilijk uit te maken met wie we in zee wilden. We gaan bekijken hoe het met die nv verder moet.”

Boets: “Verdienen auteurs te weinig? Het mag altijd meer zijn. Maar ik denk niet dat uitgeverijen bewust zeggen: ‘We gaan auteurs niets laten verdienen.’ De economische realiteit laat gewoon niet zoveel meer toe. Ik ben misschien nogal pragmatisch als auteur, misschien omdat ik bij VTM Kzoom ook aan de andere kant heb gezeten.”

Ook over de Antwerpse Boekenbeurs had Aspe op het laatst zo zijn bedenkingen. Tijdens de beurs van 2018 ging hij op eigen houtje in een café signeren.

Hanegraaf: “Dat zat hem hoog, ja. Tien euro betalen om een beurs binnen te stappen waar je ­boeken kon kopen? Dat moet je in een boekwinkel ook niet proberen. En zet die foodtrucks maar buiten het gebouw in plaats van binnen.

“Ik vond het een goeie zet, dat signeren in een café aan de Voetgangerstunnel. Commercieel was hij vaak een sluwe strateeg.”

Jonas, je stapt nu in de Aspe-schoenen maar je hebt wel een heel ander imago dan Pieter. Ga je nu ook poseren met een Omer-biertje?

“Nee, dat denk ik niet. Het is zijn Aspe-universum, maar het is iemand anders die de pen voert. Ik kan me niet voorstellen dat mensen verwachten dat ik Aspe ga imiteren. (glimlacht)

Hanegraaf: “Pieter had dat biertje echt nodig. Een eerste sigaret, zijn Omer erbij en dan acclimatiseren in zijn eigen wereld. Hij schreef elke weekdag van negen tot twaalf, van maandag tot vrijdag. De laatste weken van het schrijfwerk waren onrustiger. Alles moest kloppen. Dan mocht je niet te dicht in zijn buurt komen.”

Het stak Aspe ook dat de literaire kritiek en de culturele wereld met een boogje om hem heen liepen. “Ik word al twintig jaar verguisd in culturele kringen”, klonk het in 2019 bijvoorbeeld wrang in De Tijd. “Als Pieter Aspe iets slims zegt, wordt dat zelden zo geïnterpreteerd. Als Stefan Hertmans iets onnozels zegt, luistert iedereen”, voegde hij eraan toe. Hanegraaf kan er zich nog altijd over opwinden: “Dat heeft altijd pijn gedaan. Hij was een van onze bestverkopende schrijvers. Ik denk dat literatuurauteurs ronduit jaloers waren. Er wordt elkaar in die wereld weinig gegund. Waarom mocht Pieter niet eens in een schrijversresidentie gaan zitten? Ik herinner me een dubbelinterview met Tom Lanoye. Die zei hem: ‘Ik ben een sterrenrestaurant en jij bent een frituur.’ Pieter reageerde daarop kordaat: ‘Met dat verschil dat ik in een sterrenrestaurant kan eten en dat jij naar de frituur moet gaan.’” (algemeen gelach)

Hanegraaf: 'Er moet meer aandacht komen voor Vlaamse tv-fictie, waarbij ook de doelgroep van de vijftigers meer armslag krijgt.'Beeld Wouter Van Vooren

Stel dat dit een succes wordt, Jonas, komt er dan een vervolg én een verfilming?

Boets: “Aan het tweede boek ben ik al begonnen. Er is de uitdrukkelijke ambitie om er meerdere te schrijven. Daarnaast zijn we ook een serie verhalen voor het scherm aan het bedenken. De wetten van een tv-reeks en een roman zijn immers compleet anders. En ik heb de troef dat ik bij VTM Kzoom die ervaring meekreeg en dat VTM de reeks nog erg genegen is. We gaan ook geen kopie maken van de vroegere reeks, met een case per aflevering. Ik denk eerder in de richting van Lupin of zelfs Knokke Off. Fris en snel, en inspelend op de noden van de streamingplatforms.”

Hanegraaf: “Er moet meer aandacht komen voor Vlaamse tv-fictie, waarbij ook de doelgroep van de vijftigers meer armslag krijgt. Als je ziet dat de heruitzendingen van Aspe nog 500.000 kijkers lokken...”

Boets: “Herbert Flack en Francesca Vanthielen en mijn vader kunnen opnieuw een rol krijgen. Maar de cast gaan we flink moeten verjongen.”

Hanegraaf: “Ik heb maar één eis: dat mijn dochter mag meespelen. (toont foto’s en een filmpje van haar) Hoe vaak ze te horen krijgt: ‘Ben jij geen fotomodel?’ Zij had een zeer goede band met Pieter. Voor de rest bemoei ik me nergens meer mee. Ik heb mijn handtekening gezet. En daarmee uit.”

Aspe door Jonas Boets, Reünie, Manteau, 256 p., 22,50 euro.Beeld rv